Skip to content Skip to sidebar Skip to footer

Verslag lezing ‘Tussen Meuk en Monumenten’

Na de Algemene Leden Vergadering van Voet op 29 maart j.l., geeft Huib als nieuwe voorzitter het startsignaal voor de lezing. Hij geeft het woord aan Pieter Glasbergen, die eerst in grote lijnen het programma voor de avond schetst: “Culemborg verjongt zijn hart”(1955-1980). Dat begon met slopen, doorbraken, nieuwe straten en pas later kwam de Monumentenzorg.

Een monument

Pieter begint met een open vraag: Wat is een monument?

“Een gebouw dat steeds een nieuwe eigenaar met weer een nieuw plan kent. Plastiek.” “Een pand waarvan je als eigenaar denkt ‘waar ben ik aan begonnen.” Pieter geeft aan dat het een kunstwerk kan zijn, maar ook een uiting van macht of een technisch hoogstandje zoals bijvoorbeeld het oude stadhuis. Ook kan het een gebouw zijn dat bewust in een bepaalde stijl is gebouwd, zoals het schakelhuis in Haagse stijl een Rijksmonument is. En bijvoorbeeld de beeltenis van Pieter Aafjes is ook een monument. En dan hebben we het nog niet over archeologische, oorlogs, slavernij, of stedebouwkundige monumenten. Het woord monument komt van ‘Monumentum: dat wat herinnerd wil worden. Nog een paar interessante kenmerken: een monument is nooit als monument gebouwd en als je niets doet, verdwijnen ze. Dus onderhoudt ze!

Drie voorbeelden van Culemborgse monumenten. (foto’s Louis Hoeke)

De volgende vraag: Is Culemborg een monumentenstad?

“Ja”, klinkt er duidelijk uit de zaal. Pieter heeft dat gevoel minder. Maar de volgende punten wijzen wel op een positief antwoord:

  • het aantal monumenten is groot (140 Rijksmonumenten en 212 gemeentelijke monumenten);
  • de verschillende soorten monumenten: 18 Westerse architectuurstijlen zijn aan de buitenkant zeker te zien zoals Gotiek, Stijlgroep en Lodewijkstijlen. Ook binnenshuis zijn er monumenten zoals de protectorenkamer en de haard in het oude stadhuis én
  • Culemborg is aangewezen als beschermd stadsgezicht met kenmerken als laatmiddeleeuwse verkaveling, verbinding stad met open oostelijke gebied, markant gesitueerde bebouwing en relaties tussen de delen (driestad).

Stijl is de dood van de kunst (Appel)

Wanneer je in een stijl bouwt, zijn er criteria waar je aan moet voldoen en die alle creativiteit inperken. Maar tegelijkertijd zie je verschillen zoals bijvoorbeeld de verschillende gevels op de markt. Die waren in 1869 verschillend maar in 1915 gelijkgetrokken en in deze tijd zijn ze nog weer anders. Heel erg veranderd! Omdat er nu veel als monument zijn benoemd, zal er waarschijnlijk minder veranderen in de toekomst.

Geschiedenis van de monumentenzorg

Pieter schetst de verschillende perioden in de monumentenzorg, met als kernpunten het architectuurdebat tussen 1874 en 1918, het kanteljaar 1917 en de meuk die er tot de beginjaren zestig in Culemborg is. Met de monumentenwet van 1961 kreeg het algemeen belang prioriteit boven het eigendomsrecht en bepaalde het Rijk wat een monument was en gaf daar subsidies voor. Voor Culemborg resulteerde dat in de ‘Ontwerplijst van Rijksmonumenten (1967) met 81 nummers (met ongeveer 40 woningen daarbinnen). Aan de hand van die lijst worden beeldbepalende en beeldondersteunende panden geïdentificeerd. In 1975 – 1985 wordt actief gemeentelijk monumentenbeleid gevoerd en werden veel restauraties (met subsidies) uitgevoerd. Aan de hand van foto’s ‘toen’ en ‘nu’ toont Pieter rehabilitaties (van woonhuizen), zoals Louis de Beer van Markt 23, de Molenromp, de Dekenije, Luxor, het Elisabeth Weeshuis, het Zweder en het Pietersgasthuis. Ook werden de keitjes voor het oude stadhuis, de kasteeltuin, de acht zaligheden bij het nieuwe stadhuis en de schildering van Graaf Egbert een monument. Met alle restauraties kunnen we de verhalen blijven vertellen en hebben de monumenten zeker een historische betekenis. Na 1990 zijn er niet veel panden gerestaureerd, mede omdat er geen geld meer beschikbaar is.

Afsluiting

Pieter sluit af met een waarschuwing, want verloedering, zorgen en potentiële nieuwe gemeentelijke monumenten vragen om oplettendheid. Voet duik daarin!

Huub dankt Pieter voor zijn levendige, interactieve en interessante lezing. Eenieder zal anders door de stad lopen. En zich rijk voelen tussen deze vele monumenten. Vol spanning kijken we uit naar de volgende Voetnoot.

Denkt u nu: “waar is dat” of “hoe werd die meuk een monument?” Lees dan de tweede Voetnoot van Pieter Glasbergen, die binnenkort verschijnt, of boek de nieuwe Architectuurwandeling bij de Culemborgse Stadsgidsen.